NEDERLAND - In 2024 kwamen in Nederland 675 mensen om door een verkeersongeval: 9 verkeersdoden minder dan een jaar eerder en 491 minder dan in 2000, toen er 1166 verkeersdoden waren. Het aantal inzittenden van personenauto’s dat omkomt in het verkeer is het meest gedaald. De meeste dodelijke verkeersslachtoffers zijn ouderen boven de 80 jaar. 25 jaar geleden waren dit 20- tot 30-jarigen. Dit blijkt uit de nieuwste cijfers van het CBS.


Het aantal verkeersdoden daalde vooral tussen 2000 en 2010. Dat komt voornamelijk doordat minder mensen in personenauto’s dodelijk verongelukten. In 2024 hadden 220 inzittenden van een personenauto een dodelijk ongeluk, in 2000 waren dat er 543.

In de laatste tien jaar ligt het aantal fatale slachtoffers in een auto op gemiddeld 213 per jaar.

Sinds 2022 zijn meeste verkeersdoden fietser
In 2024 kwamen er 246 fietsers om het leven in het verkeer. Dat zijn er 24 minder dan in 2023, maar nog steeds meer dan tussen 2000 en 2022. In die periode kwamen jaarlijks gemiddeld 199 fietsers om in het verkeer.

Van de fietsers die in 2024 omkwamen reed minimaal 44 procent op een e-bike. Van alle verkeersdoden onder fietsers is 60 procent overleden door hoofdletsel als belangrijkste letsel.

Aantal verkeersslachtoffers bromfiets, brom- of snorscooters nog nooit zo laag
Het aantal bromfietsers, brom- en snorscooters dat door een verkeersongeval is overleden is in de laatste 25 jaar niet zo laag geweest. In 2024 kwamen 30 mensen om in het verkeer door een ongeval met een bromfiets, brom- of snorscooter. In 2000 overleden er nog 104 bromfietsers, brom- en snorscooters.

Ook overleden in 2024 59 voetgangers, 57 mensen in een scootmobiel, 56 motorrijders en 6 inzittenden van een bestel- of vrachtauto door een verkeersongeval.

Meeste verkeersdoden onder ouderen
Het aantal dodelijke verkeersslachtoffers is de laatste 25 jaar in alle leeftijdsklassen tot 80 jaar afgenomen, ook als er rekening wordt gehouden met de bevolkingsgroei en vergrijzing.

Het aantal dodelijke verkeersslachtoffers nam het meest af bij jongeren tot 30 jaar. In 2024 overleden er 152 jongeren door een verkeersongeluk, in 2000 waren dit er 453. Dit komt vooral omdat jongeren minder vaak verongelukken als inzittende van een personenauto of als bestuurder van een bromfiets.

Het aantal dodelijke verkeersslachtoffers is onder mensen van 80 jaar en ouder in 2024 het hoogst van alle leeftijdsgroepen, gevolgd door 70- tot 80-jarigen. Vijfentwintig jaar geleden waren de meeste slachtoffers nog jonger dan 30 jaar. Verkeersslachtoffers van 60 jaar of ouder overlijden relatief vaak door een fietsongeval, terwijl slachtoffers jonger dan 60 jaar naar verhouding vaker omkomen bij een auto-ongeluk.

4 op de 10 omgekomen fietsers botsten met auto
Van de fietsers die dodelijk verongelukten in het verkeer, kwam van 2020 tot en met 2024 gemiddeld 42 procent om het leven door een aanrijding met een personen- of bestelauto. 31 procent verongelukte zónder botsing met een andere verkeersdeelnemer of een vast object, zoals een paaltje. Ze kwamen bijvoorbeeld ongelukkig ten val. Van de verongelukte fietsers van 70 jaar of ouder had 36 procent geen botsing gehad.

Van de verkeersdoden onder inzittenden van een personenauto kwam 43 procent door een aanrijding met een andere auto, bestelbus, vrachtauto of een bus. Bij 40 procent was een botsing met een vast object de oorzaak. Bij jongeren tussen 20 en 30 jaar was dit 56 procent.

Vanaf de leeftijd van 30 jaar kwam de helft van de slachtoffers om het leven door een botsing met een andere personenauto, bestelbus, vrachtauto of een bus. Bij voetgangers die in het verkeer om het leven kwamen was in drie kwart van de gevallen een personen- of bestelauto betrokken.

Bron: CBS